Aanleg Nieuwe Verbinding van de N69

14-10-2021
592 keer bekeken

Duurzaamheid wordt ‘business as usual’ Duurzaamheid, circulariteit en innovatie niet zien als een eenmalig project, maar inbouwen in de manier van werken binnen de eigen organisatie en de samenwerking met anderen.

Dat laten de provincie Noord-Brabant en Boskalis Nederland op overtuigende wijze zien in de vormgeving van de Nieuwe Verbinding van de N69. Het ontwerp bestaat niet alleen uit innovatieve oplossingen, ze worden ook zoveel mogelijk duurzaam en circulair uitgevoerd. Gewoon omdat het kán. Business as usual dus.

Duurzaamheid is voor de provincie Noord-Brabant de normaalste zaak van de wereld. “Waar anderen soms nog worstelen met de materie is het bij onze provincie in het inkoopbeleid geborgd”, legt Marijn Alders uit, omgevingsmanager Nieuwe Verbinding N69 bij Provincie Noord-Brabant. “Circulair- en klimaatbewust inkopen is bij ons de norm. Dat doen we op een manier waarbij grondstoffen hoogwaardig worden hergebruikt en/of niet duurzaam geproduceerde grondstoffen worden vervangen door duurzaam geproduceerde, hernieuwbare grondstoffen. Ook is ons inkoopbeleid gericht op innovatie en Social Return (SR) waarbij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt kansen op werk krijgen.” Frank Geurtz, contractmanager Nieuwe Verbinding N69 bij provincie Noord-Brabant vult haar aan: “Door de markt bij de uitvraag voor de aanleg van de Nieuwe Verbinding N69 uit te dagen via de ‘Best Value’ methodiek hebben we alle ruimte geboden voor deze aanpak.”

CO2-reductie

Boskalis pakte de uitdaging op en wist één van de projectdoelstellingen van de Nieuwe verbinding N69, een CO2-reductie tijdens aanleg ten opzichte van het referentieontwerp, zelfs ruimschoots te overtreffen. “Ze hebben echt hun nek uitgestoken”, licht Alders toe. “Door goed met ons mee te denken was het bijvoorbeeld mogelijk om van twee kunstwerken één kunstwerk te maken. Daarnaast is bij de twee Beekdalbruggen de slankheid van het ontwerp van de kunstwerken geoptimaliseerd waardoor een aanzienlijke besparing van beton en staal is gerealiseerd. Door de slankheid gaan ze bijna volledig in de omgeving op en komen ze zeker niet dominant over."
In de nabij gelegen fietsbrug werd geopolymeerbeton gebruikt in combinatie met een alkalische activator en vulstof. “Dat is voor een overspanning van 15 meter nog nooit toegepast. Een zeer innovatief ontwerp en bovendien honderd procent circulair”, vertelt Geurtz enthousiast. Bij de aanleg van verdiepte liggingen zijn de ontwerpen geoptimaliseerd door een folieconstructie in plaats van een betonconstructie met damwanden toe te passen om het grondwater te keren. “In combinatie met de slanke ontwerpen van de beekdalbruggen werd er op deze manier bespaard op het gebruik van beton en staal  en is de CO2-footprint veel lager. Bij de genoemde fietsbrug is dat zelfs zo’n 75 procent ten opzichte van normaal beton.” Ook de inzet van biobrandstof in plaats van fossiele diesel en waar mogelijk het gebruik van elektrisch materieel, leverde een besparing op. In totaal behaalde Boskalis een CO2-reductie van 25 procent ten opzichte van het referentieontwerp.

Circulariteit en duurzaamheid

In de aanleg van de Nieuwe Verbinding N69 is veel aandacht voor circulariteit. “Alle in het project toegepaste producten zijn in een materialenpaspoort vastgelegd”, legt Alders uit. “Zo kunnen ze bij einde levensduur volledig worden hergebruikt.” In het project worden veel gerecyclede materialen gebruikt. “De 2000 stelconplaten, smart circulair products die in het project worden gebruikt, zijn gemaakt van volledig secundair toeslagmateriaal en leveren hierdoor ook een reductie van 70 procent CO2 op”, licht Geurtz toe.  “Het asfalt dat voor de nieuwe weg wordt gebruikt, bestaat voor zeventig procent uit gerecycled asfalt. De innovatieve deklaag wordt daarnaast met een lage temperatuur verwerkt.” Verder wordt de weg energieneutraal aangelegd. Dit betekent dat alle elektriciteit op en langs de weg - voor verlichting en pompinstallaties - wordt opgewekt door middel van zonnecellen in de zichtschermen op beide beekdalbruggen. Speciale louvres zorgen ervoor dat het licht alleen op de weg is gericht, om lichtvervuiling voor de omgeving tot een minimum te beperken.

Toch lukken ook weer niet alle plannen. Zo zouden bijvoorbeeld de bomen die gerooid moesten worden, voor de aanleg van de weg worden hergebruikt bij onder meer de geleiderails. “De kwaliteit van de bomen bleek echter onvoldoende om een juiste werking tot einde levensduur te kunnen garanderen. Daarom worden ze nu versnipperd en als materiaal voor op wandelpaden gebruikt.”

Impuls aan gebied

De kunstwerken gaan bijna helemaal op in het landschap. Langs de beek zijn flauwe taluds aangelegd ter bevordering van biodiversiteit en diervriendelijke oevers. Zo kunnen dieren het water eenvoudig oversteken. Speciale faunapassages zorgen ervoor dat dieren ongehinderd door het gebied kunnen bewegen. “De grote beekdalbruggen dienen als passage voor met name reeën en zwijnen en de tunnels voor klein wild. Daarnaast is ter hoogte van de wildwissels in samenspraak
met de wildbeheereenheid een elektronisch wildwaarschuwingssysteem in het gebied gerealiseerd. Met dit systeem wordt wild middels een lijndetectie met meerdere detectiepunten bij het oversteken van de weg gelokaliseerd en via matrixborden langs de weg wordt de weggebruiker daarop geattendeerd”, aldus Alders.

Duurzame Parel 2021

Met de Nieuwe Verbinding N69 sleepten de provincie Noord-Brabant en Boskalis Nederland dit jaar de Duurzame Parel 2021 in de wacht. In het bijbehorende rapport gaf de jury het volgende aan: “Provincie Noord-Brabant en Boskalis Nederland hebben op overtuigende wijze aangetoond dat zij werken volgens de transitielijnen van de Green Deal duurzaam GWW 2.0. Maar misschien is wel het allerbelangrijkste dat naast de aandacht voor waardecreatie door duurzaamheidsmaatregelen, het project onderdeel is van de structurele verduurzaming van het totale werkpakket van de beide partijen.”

Alders sluit af: “Het inbrengen en aangaan van pilots en werkelijk realiseren van de ambitie van duurzaamheid en innovatie vraagt echt iets van beide organisaties op het vlak van samenwerking. Niet alleen in het eigen (ipm-)team of met elkaar als opdrachtgever en opdrachtnemer. Maar ook in de eigen interne organisatie (ambtelijk en bestuurlijk) en met stakeholders zoals gemeenten, vergunningverleners en omwonenden. Het is niet iets dat vanzelfsprekend is, maar vraagt om samenwerking op diverse terreinen.”

 

 

 

 

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Cookie-instellingen